top of page

Vormgeving beeldend

​

Expositieruimte:

​

- In wat voor ruimte waren de kunstwerken geplaatst?

- Hoe was deze ingericht?

- Welk effect heeft de ruimte op de kunstwerken?

- Zijn de kunstwerken in gedeeld op thema?

​

Kunstwerk:

​

Ruimte:

- Tweedimensionaal? (lengte x breedte)

- Driedimensionaal? (lengte x breedte x diepte)

​

Vorm:

- Realistisch? (naar de werkelijkheid) 

- Figuratief? (duidelijk herkenbare vorm)

- Abstract (onherkenbare vorm).

​

Compositie

- Hoe zijn de verschillende onderdelen in het vlak (2d) of in de ruimte (3d) geplaatst?

​

Kleur:

- Primaire kleuren: Rood, blauw en geel. Het zijn basiskleuren en worden ook wel hoofdkleuren genoemd. Deze kleuren kun je niet mengen uit andere kleuren.

- Secundaire kleuren: Als je twee primaire kleuren mengt krijg je een secundaire kleur; oranje, groen en paars

- Tertiaire kleuren: Als je alle drie de primaire kleuren mengt krijg je een tertiaire kleur.

- Impressief? (naar de werkelijkheid

- Expressief? (kleur om een gevoel uit te drukken)

- Soort kleur?

​

Licht:

- Lichtrichting? (Uit welke richting komt het licht?)

- Lichtbron? (Kunstmatig licht / natuurlijk licht?)

- Contrast (Grote licht - donker verschillen?)

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

​

bottom of page